Naar aanleiding van het artikel en interview op OOGtv is helaas onrust ontstaan.
Allereerst wil ik hier aangeven, dat mij door de journalist in de kop van het artikel en in de eerste regel van het interview een uitspraak in de mond wordt gelegd, die ik niet heb gedaan, die ik niet herken en die ik verre van mij werp. Na deze ongelukkige publicatie heeft mijn woordvoerder contact gezocht met OOGtv met de vraag dit te rectificeren. OOGtv was en is daar helaas niet toe bereid. Maar voorzitter, onjuist citeren is niet voor niets journalistiek ongehoord.
Hiermee beschouw ik de vragen van de SP als beantwoord, aangezien die zich allemaal op een citaat richten, dat ik niet heb gezegd.
Wat de vragen van de PvdA betreft. De voorloper van Kansrijke Start is hier in Groningen al in 2011 tot stand gekomen in een samenwerking tussen betrokken professionals in de geboortezorg, zoals gynaecologen, kraamverzorgenden, verloskundigen en de GGD. Een periode, waarin overigens wethouder Visscher verantwoordelijk was voor de portefeuille volksgezondheid.
In 2018 is het nationale actieprogramma Kansrijke Start onder leiding van minister Hugo de Jonge gestart en is dit in vele Nederlandse gemeenten uitgerold. De focus van het programma werd hier toen verbreed naar de eerste 1000 dagen van een kind en de samenwerking werd uitgebreid met sociale hulpverleners in de WIJ-teams, huisartsen en zorgverzekeraar Menzis in de Coalitie Kansrijke Start Groningen.
Net als voor de PvdA staat voor het college buiten kijf, dat ieder kind de best mogelijke start in het leven verdient. Uit talloze onderzoeken blijkt hoe belangrijk het is dat in de eerste 1000 dagen van een kind een goede hechting tussen moeder en kind tot stand komt en de basis wordt gelegd voor een diepe vertrouwensrelatie. Daarom is het regionale arrangement, waarin de provincie 5 ton doteert, zo welkom. Daarmee kunnen we extra investeren in het programma Voorzorg. Door moeders deze ondersteuning te geven, op het meest fundamentele niveau van menselijke relaties, wordt het perspectief op een kansrijke toekomst voor kinderen vergroot.
Een kinderwens, zwangerschap en ouderschap zijn onderwerpen, die precair en gevoelig zijn en waar de overheid zich op een uiterst zorgvuldige manier in moet bewegen. Daar is het college het mee eens. Ik herken me dan ook niet in de weergave van de heer Loopstra, want dat was noch de strekking noch de bedoeling van wat ik gezegd heb tijdens de persbijeenkomst of het interview daarna.
De belangrijkste grondslag van Kansrijke Start is juist de eigen keuze en de eigen regie van een vrouw of een gezin aangaande een kinderwens of zwangerschap. Gesprekken over de (toekomstige) gezinssituatie worden daarenboven natuurlijk nooit door de gemeente of door een wethouder gevoerd, maar door professionals als bijvoorbeeld huisartsen, verloskundigen of een verpleegkundige van de JGZ.
Het college is het met de heer Loopstra eens, dat mensen die in armoede leven natuurlijk niet per definitie een kwetsbare groep zijn. Kansrijke Start helpt juist alle ouders, die op een of andere manier in een moeilijke situatie zitten. Voorzitter, ik heb deze woorden niet zo gezegd en juist daarom legt het door OOGtv bedachte citaat zo’n onzorgvuldige en vooral volkomen ongepaste relatie tussen armoede en ouderschap.