Het nieuwe internationaal beleid van het college dreigt een te eenzijdige focus op (eigen)belang in de economische sector te krijgen. GL wil meer aandacht voor ideële doelstellingen en voor de kansen van Europa in vooral de sociale sector. De raadscommissie besprak in juli een eerste aanzet tot het nieuwe beleid.

Veel aandacht is er al voor onze economische relaties met bijvoorbeeld Noordoost-Duitsland, Scandinavië en de Baltische staten. We kunnen van elkaar leren, bijvoorbeeld op het gebied van duurzaamheid, en kansen voor het bedrijfsleven aangrijpen. Dat is een goede zaak.

GL vindt echter ook onze stedenbanden met San Carlos en Moermansk, en onze relatie met Jabalya van groot belang. In die contacten leveren we in minder welvarende landen een bijdrage aan goed onderwijs, gezondheid van vrouwen en kinderen, voedselproductie, welzijn van gehandicapten, homo-emancipatie en nog veel meer. In de nieuwe nota bleef dit nog onderbelicht, maar burgemeester Rehwinkel zei onze opvatting te delen en dit ook in de volgende versie een plek te geven.

De Europese Unie wordt steeds belangrijker. Zowel in de economische als in de maatschappelijke sector moet de gemeente daarop inspelen. We kunnen gebruik maken van Europese subsidies voor onze sociale infrastructuur en voor versterking van de regionale economie. Ook dat vond GL nog te weinig terug in de nieuwe nota.

Het college gaat de plannen verder uitwerken; de raad spreekt in het najaar verder over het internationaal beleid.