Vandaag is de slotdag. Hoera! Niet dat ik vind dat ik dit niet had moeten doen, maar ik vond het wel lastig. Conclusie van mijn plasticloze week is dat het kan, maar dat het heel veel creativiteit en vooral tijd kost. Het is ook niet dat ik morgen gelijk mijn winkelwagentje vol met plastic stop. Integendeel. Ik ga door met het hergebruiken van mijn plastic zakken. Ik heb kennisgemaakt met vele nieuwe marktkooplui, bakkers en koffieboeren. Maar het eindeloze zoeken naar die ene fles of dat ene pak zonder plastic is vanaf morgen voorbij.

Vanochtend om 7 uur ben ik al present bij Stadsbeheer, de vroegere  Milieudienst. Een jongensdroom komt uit. Ik ga een dag meelopen met de vuilnisophalers. En donderdag is toevallig ook de dag dat bij mij thuis de vuilnis opgehaald wordt. Ik had graag mijn eigen plastic afval willen volgen maar helaas is vandaag de dag van de groene bakken, het gft afval dus.

Ik word hartelijk welkom geheten door Teun. We nemen een kop koffie in zijn kantoortje. Mannen en vrouwen in oranje pakken druppelen binnen. Omdat ik graag meerij naar Zuid word ik gekoppeld aan Harjo. Een noeste werker uit Leens. Zijn ervaring  met  het rijden op de wagen is van hem af te lezen. Ook ik word in een gloednieuw oranje outfit gehezen met veiligheidsschoenen. Vervolgens  lopen we naar ‘zijn’ indrukwekkende vuilniswagen. Harjo legt me voor ons vertrek een en ander uit. Ik werp een blik in het stortgat en ik zie een indrukwekkend paneel vol instrumenten voor zijn stoel, die vanwege de werkzaamheden aan de rechterkant van de wagen zit. Ik stap links in en voel me even de chauffeur van deze machtige vuilniswagen. We rijden naar bekend terrein voor mij. Voorzichtig manoeuvreert Harjo de wagen door de nauwe straten als gevolg van geparkeerde auto’s.

Bij mijn huis aangekomen mag ik even op de bestuurdersplek zitten. Ik krijg uitleg over het woud aan knopjes en mag het vervolgens zelf proberen. Na enige oefening lukt het me om vakkundig de (lege) kliko op te tillen en zogenaamd achter me te legen. Ik zie bijna een nieuwe toekomst voor me. We moeten lossen en rijden terug naar het afvalbrengstation. De wagen wordt gewogen en we rijden door naar de loshal. Een lucht die in de verte aan bedorven zuurkool doet denken vult mijn neus. Het lossen moet ik filmen. Harjo waarschuwt me voor de slijmerige substantie op de vloer. “Als dat aan je schoenen komt blijf je dat de hele dag ruiken”. Op mijn tenen loop ik door de hal maar dat mag niet baten. Even later in het kantoor van Teun wordt de stank mij nog eens flink onder de neus gewreven.

Voldaan stap ik uit het kantoor van Stadsbeheer. Mijn schoenen heb ik achtergelaten. Dat scheelt weer opmerkingen van het thuisfront.

En dat was het slot van mijn enerverende reis door afvalland. Mijn conclusie: mijn eigen afval minderen moet ik zeker kunnen. Ik heb ervaren hoe doorspekt ons leven is met plastic. Het is zo gewoon geworden dat ik er nauwelijks meer bij stil stond. Dat moet de reden zijn dat ongemerkt onze landelijke hoeveelheid afval sinds 1950 verviervoudigd is (bron: CBS).

Ik heb geleerd het anders aan te pakken en ik hoop dat meer mensen dat zullen gaan doen. Mensen belonen voor goed gedrag is daarbij volgens mij essentieel. Daarom ben ik ook een groot voorstander van het systeem van Diftar waarbij goed gedrag beloond wordt met een lagere afvalstoffenheffing. In maart gaat de raad praten over het nieuwe afvalbeleid. Namens GroenLinks ga ik me daar hard maken voor een afvalloze stad op termijn. En dat doe ik mét mijn plastic stropdas om.

Ik zie bijna een nieuwe toekomst voor me Afspelen op YouTube