Om precies die reden heeft raadslid Nick Nieuwenhuijsen werk gemaakt om ‘Carnivoor? Geef het door!’ in te voeren bij de gemeentelijke organisatie. Dit betekent dat gerechten standaard vegetarisch zijn en dat als je vlees of vis wilt, je dit van tevoren aan kunt geven. De eerstvolgende raadsvergadering, op 13 oktober, zal volgens dit principe gaan werken.

Waarom vind je het zo belangrijk dat dit principe wordt doorgevoerd?

Omdat we met z’n allen veel te veel dierlijke producten eten en dat is een heel groot probleem. Niet alleen voor de dieren en hun welzijn, maar ook vanwege de gigantische ecologische voetafdruk en de gevolgen voor onze eigen gezondheid. Door de norm om te draaien prikkel je mensen om na te denken of ze echt wel vlees of vis willen eten. Ze worden eraan herinnert dat het eigenlijk een heel ‘duur’ soort voedsel is. Als meer mensen wennen aan de vegetarische standaard, hoef je minder vlees en vis te produceren én weer weg te gooien als het uiteindelijk niet opgegeten wordt.

Maar iedereen moet toch lekker zelf beslissen of-ie vlees, vis, vegetarisch, veganistisch of halal eet?

Klopt, en dat kan dus ook gewoon! Je kunt immers aangeven of je het anders wilt dan de standaard en die standaard wordt vegetarisch (in plaats van vlees of vis). Hiermee geef je als gemeente een signaal af dat we toe moeten naar een meer plantaardig dieet vanwege dierenwelzijn, CO2-uitstoot en onze eigen gezondheid. Dit doet ze immers ook op gebied van gezondheid (sporten en bewegen) en mobiliteit (fiets, OV, elektrisch rijden). Hoe we eten hoort hier net zo goed bij, omdat we zonder bijvoorbeeld de eiwittransitie – de transitie van dierlijke naar plantaardige eiwitten – de klimaat- en milieuproblematiek niet op kunnen lossen.

Betekent dit dan ook dat de bedrijfsrestaurants en kantines van de gemeente in principe alleen nog maar vegetarische producten aanbieden?

Nee, het principe ‘Carnivoor? Geef het door!’ geldt alleen voor geplande recepties en etentjes, omdat je dan kunt inventariseren wie er toch vlees of vis wil. Wel gaan de bedrijfsrestaurants toewerken naar een omkering van het aantal dierlijke en plantaardige producten dat ze aanbiedt. Nu is dat nog 60% dierlijke producten (een broodje ham valt hier ook onder, al is brood natuurlijk plantaardig) en 40% plantaardig – het streven is dat dat uiterlijk in 2023 is omgedraaid. Dit is allemaal vastgesteld in de Voedselagenda 2021-2023.

En waarom is de norm eigenlijk niet veganistisch?

Persoonlijk voel ik daar wel voor, maar een vegetarische standaard is op dit moment voor velen acceptabeler. Ook denk ik dat er snel nog veel betere vervangers voor bijvoorbeeld kaas en melk op de markt komen, waardoor het aanbod steeds plantaardiger zal zijn. Maar dit is in ieder geval een belangrijke eerste stap!